
Wat de Japanse uitdrukking ‘wabi sabi’ precies betekent, is volgens de auteurs van dit boek niet in een concrete definitie te vangen. Het is een manier van leven in Japan. Het blijkt verbonden te zijn met imperfectie en vergankelijkheid.
Aan de hand van drie pijlers – filosofie, kunst en als manier van leven – werken de auteurs in dit boek ‘wabi sabi’ uit. Je leert dat volgens de wabi sabi-filosofie alles van voorbijgaande aard is, dat wabi sabi-kunst draait om de ziel in voorwerpen zien en je krijgt praktische suggesties om wabi sabi door te voeren in je dagelijks leven; leren te genieten van wat je hebt en accepteren dat je niet volmaakt bent.
De tabellen met tegenstellingen in dit boek komen wat voorspelbaar en simpel over. Als voorbeeld ‘symmetrie’ in de Westerse kunst (waar streven naar perfectie zou heersen) tegenover ‘asymmetrie’ in de wabi sabi kunst (waar onvolmaaktheid wordt geaccepteerd). De meditaties zijn meer overdenkingen en het aanhalen van Westerse filosofen lijkt overbodig. Dat dit boek tot slot ‘bomvol mooie verhalen staat’ zoals op de achterkant van het boek wordt vermeld, is wel wat (te) zwaar aangezet.
Niettemin kun je zeker je voordeel doen met de praktische suggesties, zoals één dag in de week voor jezelf uitroepen als ‘analoge’ dag, waarop je geen enkel digitaal apparaat gebruikt. Dit boek kun je zien als een eerste kennismaking met de Japanse term en levenswijze wabi sabi, geschreven door niet-Japanners. Wil je je echt verdiepen in deze levenswijze dan zijn er ongetwijfeld mooiere boeken, geschreven door Japanse auteurs die ‘wabi sabi leven’.