Eigenlijk wil ik die BOOS-uitzending helemaal niet zien
Ik weet dat ik me rot zal voelen na het kijken van de BOOS-uitzending over The Voice of Holland en het vermeende grensoverschrijdende gedrag van enkele mannen rond dat programma, dus eigenlijk wil ik helemaal niet kijken. Als vrouw zijnde heb ik mijn eigen ervaringen, gelukkig niet heel ernstig, maar uiteraard komen die na het kijken weer naar boven. Daar komt nog bij dat ik mij bijzonder goed in kan voelen in een ander en het lastig vind om dat gevoel niet over te nemen.
Toch kijk ik de uitzending; de kans is groot dat dit hét nieuws van de dag wordt en ik wil mijn eigen mening vormen. Tegenwoordig zijn de reguliere media niet bepaald objectief en genuanceerd meer en op social media zijn al genoeg mensen die zonder enige verdieping in het onderwerp hun mening de wereld in slingeren.
Gehandeld als een ervaren directeur met veel zelfvertrouwen
Nadat enkele vrouwen in de aflevering hun ervaringen hebben gedeeld – die mij inderdaad dat rotgevoel bezorgen – komt John de Mol aan het woord. Het getuigt van zelfvertrouwen dat hij heeft gewacht met het geven van een reactie naar de buitenwereld, totdat hij de bewuste beelden zelf heeft gezien en dat hij toezegt om direct erna vragen te beantwoorden in de uitzending van BOOS zelf. Onvoorbereid dus.
Vervolgens zie ik een man die volledig in shock is door wat hem overkomt; grensoverschrijdend gedrag richting vrouwen in zíjn programma, heel Nederland die over hem heen valt omdat hij nog niet heeft gereageerd. Ik zie ook een man die zich niet zomaar gek laat maken, die naar mijn idee de waarheid vertelt, een man die duidelijk gewend is aan leidinggeven aan een gigabedrijf, aan delegeren, een man die een ander meer dan duidelijk weet te maken wanneer die over de schreef is gegaan. En ik zie een man die zich totaal niet bewust is van het effect van zijn machtspositie en die zich niet in een vrouw kan verplaatsen. Dat laatste is geen onwil, hij kan het met de beste wil van de wereld niet.
Herinneringen komen boven drijven
De ervaringen van de vrouwen uit de BOOS-uitzending roepen inderdaad herinneringen bij mijzelf op. Ik herinner mij die keer dat we met een groep vrienden naar de film gingen en een van hen daarna aanbood mij naar huis te brengen, omdat hij een auto had en ik net buiten de stad woonde. Fijn! dacht ik, niet met de bus naar huis op dat late uur. Ik werd netjes voor de deur afgezet, maar hij verwachtte duidelijk meer. Ik ben snel uitgestapt en mijn huis binnen gegaan. Schuldig dat ik me voelde! Je hebt hem gebruikt! Nee, zo was het helemaal niet. Hij bood het aan, ik accepteerde en daar hoeft niets tegenover te staan.
Of die keer tijdens een biljartwedstrijd in de kroeg. En als je nu denkt; tja, in de kroeg, biljarten, als vrouw zijnde, hmm, vraag je er dan niet om? Nee! Tijdens het aanleggen van mijn keu voelde ik ineens een volle hand op mijn bil. Ik heb me omgedraaid en in nette maar duidelijke bewoordingen de beste man duidelijk gemaakt dat hij dat beter kon laten, waarop ik verder ging met de partij. De rest van de avond was de man goed van slag, ik ook, maar dan van de adrenaline door mijn optreden richting hem, niet eens door de hand op mijn bil. Na de wedstrijd bood hij zijn excuses aan en daarmee was het voor mij klaar. Een week later merkte ik dat er naderhand duidelijk was gesproken over het voorval (ook door mensen die er helemaal niet bij waren) en ik voelde dat men mijn reactie overtrokken vond. Gelukkig lig ik daar niet wakker van, ik weet dat ik nergens aanleiding toe heb gegeven en toch lag er ineens een hand op mijn bil. De scheidslijn tussen voor jezelf opkomen als vrouw en gezien worden als de vrouw ‘met haar op haar tanden’ is heel dun en dat voelt niet lekker.
Tot slot een herinnering vanuit mijn leidinggevende achtergrond; al heel snel leerde ik dat je als leidinggevende – hoe toegankelijk je je ook opstelt – nooit wordt gezien als ‘een van de collega’s binnen het team’. Jij bent degene met de macht om te beslissen over de toekomst van je collega’s. Bewust of onbewust zorgt dat voor een drempel bij die collega’s om je aan te spreken.
Terug naar de directeur
De dag na de uitzending van BOOS krijgt John de Mol wederom heel Nederland over zich heen, mede door de levensgrote advertentie van enkele vrouwen uit zijn eigen organisatie die daarmee duidelijk willen maken dat ze zich niet gehoord voelen. Waarop John de Mol het gesprek met deze vrouwen aangaat. Ook daarop komt weer commentaar; als vrouwen zich eerder niet uit durfden te spreken, waarom zouden ze zich nu dan wel veilig voelen om dat te doen? Waarom betrekt hij de mannen niet in het traject; zíj zijn tenslotte degenen die hun gedrag aan moeten passen, over grenzen heen gaan of het gedrag constateren, maar zich niet uitspreken. Ik heb medelijden met John de Mol; hij heeft goede bedoelingen, maar lijkt het niet goed te kunnen doen.
Hierna komen heel wat organisaties in Nederland ineens in actie; ze doen navraag over wat ze moeten doen om grensoverschrijdend gedrag te voorkomen. Dat geeft mij een raar gevoel; doen ze dat omdat ze daadwerkelijk dergelijk gedrag tegen willen gaan of omdat ze als de dood zijn net zo negatief in beeld te komen als John de Mol met zijn tv-programma? En hebben ze die vraag ook binnen hun eigen organisatie gesteld, het onderwerp bespreekbaar gemaakt?
Grensoverschrijdend gedrag: NEE!
Maar blijven we met z’n allen wel alert op de balans?
Allereerst: ik veroordeel grensoverschrijdend gedrag. Dat zijn niet zomaar woorden, mensen die mij kennen, weten – of voelen snel genoeg – dat ik mijn ‘mannetje’ wel sta en zeker in zal grijpen als ik zulk gedrag constateer.
Ik wil wel een lans breken voor al die mannen die grensoverschrijdend gedrag wél herkennen, net zo hard veroordelen, ingrijpen in zulke situaties, en voor al die mannen die zich totaal niet kunnen verplaatsen in de vrouw maar grensoverschrijdend gedrag net zo hard veroordelen áls ze er achter komen. We moeten voorkomen dat zulke mannen niet meer weten hoe ze zich tegenover een vrouw moeten gedragen uit angst om ergens van beschuldigd te worden. Want wat hebben we dan bereikt? Geen geflirt meer, geen complimentjes, mannen die je mijden en niet meer beschermen. Dan is de balans naar de verkeerde kant doorgeschoten.
Hoe nu verder?
Het is goed dat grensoverschrijdend gedrag naar boven komt en hopelijk blijft komen; net zo lang tot er daadwerkelijk verandering op treedt, tot we elkaar als mens vinden in een gelijke verhouding en met acceptatie van onze verschillen. Het wordt hoog tijd dat we (onder andere) afkomen van die eeuwenoude ondergeschiktheid van de vrouw ten opzichte van de man (zie ook dit blog). Het is alleen wel diepgeworteld. Er is bewustwording op vele vlakken nodig; bij ons zelf, bij de opvoeding van onze kinderen, in ons werk, in onze vrije tijd.
Een van de manieren waarop dat kan, is open met elkaar in gesprek te gaan en blijven, dat standaard onderdeel maken van ons onderwijs, ons werk, onze vrije tijdsbesteding. Het is niet alleen iets voor thuis; voor veel mensen is thuis ook lang niet altijd veilig. In het bedrijfsleven hebben we lang privé en zakelijk gescheiden gehouden. Ga je sporten, dan kom je logischerwijs alleen daarvoor, in het reguliere onderwijs draait het om kennis opdoen om later mee te kunnen draaien in onze economie. Bewustwording is nu iets waar je mee aan de slag gaat zo rond je 40e als je na gaat denken over de zin van het leven of na een burn-out.
Ik denk dat die tijd voorbij is en dat het hoog tijd wordt voor een andere, veel socialere aanpak. We hebben een gezamenlijke, maatschappelijke verantwoording om elkaar te ondersteunen. Willen we werken aan een betere en veiligere toekomst, zullen we dat samen moeten doen in openheid, zodat begrip voor elkaar ontstaat. Een vertrouwenspersoon aanstellen en protocollen opstellen is niet genoeg.